De huurwaarborg
Duiding
De huurwaarborg in Vlaanderen
In Vlaanderen kan je een huurwaarborg vestigen op verschillende manieren. Dit wordt beschreven in het decreet van 9 november 2018: "Decreet houdende bepalingen betreffende de huur van voor bewoning bestemde goederen of delen ervan.", ofwel het Vlaams Woninghuurdecreet.
Artikel 37 leert ons het volgende:
Huurwaarborg
§ 1. De huurder kan om de naleving van zijn
verplichtingen te waarborgen, alleen een van de vormen van waarborg,
vermeld in het tweede lid, verstrekken. De waarborg mag niet meer
bedragen dan het bedrag dat gelijk is aan drie maanden huur. De
waarborg kan naar keuze van de huurder drie vormen aannemen: ofwel een
geïndividualiseerde rekening bij een financiële instelling op naam van
de huurder, ofwel een zakelijke zekerheidstelling bij een financiële
instelling op naam van de huurder, ofwel een bankwaarborg ten gevolge
van een standaardcontract tussen een OCMW en een financiële instelling.
Met het akkoord van de verhuurder kan de waarborg ook geleverd worden
door een borgstelling door een natuurlijke persoon of rechtspersoon.
Als
de huurder kiest voor een geïndividualiseerde rekening of een zakelijke
zekerheidstelling, wordt de opgebrachte rente gekapitaliseerd ten bate
van de huurder. De verhuurder verwerft een voorrecht op de activa van de
rekening of op de zakelijke zekerheidstelling voor elke schuldvordering
ten gevolge van het volledig of gedeeltelijk niet-nakomen van de
verplichtingen van de huurder.
Als de huurder kiest voor een
bankwaarborg ten gevolge van een standaardcontract tussen een OCMW en
een financiële instelling, is het dat OCMW dat daarom verzoekt bij de
financiële instelling die de waarborg ten gunste van de verhuurder
toestaat.
De Vlaamse Regering legt het formulier vast waarmee de
financiële instelling ten aanzien van de verhuurders bevestigt dat de
huurwaarborg toegekend is, ongeacht de manier waarop die waarborg wordt
gevormd.
De borgstelling heeft betrekking op alle verbintenissen
uit de huurovereenkomst. De verplichtingen van de borg blijven van
kracht na verlenging van de overeenkomst en na omzetting tot een
overeenkomst voor een duur van negen jaar.
§ 2. De verhuurder die
in het bezit van de waarborg is en nalaat die op de geïndividualiseerde
rekening op naam van de huurder te plaatsen, is ertoe gehouden aan de
huurder rente te betalen tegen de gemiddelde rentevoet van de financiële
markt op het bedrag van de waarborg, vanaf het moment dat de huurder de
waarborg overhandigd heeft. De rente wordt gekapitaliseerd.
In het
geval, vermeld in het eerste lid, heeft de huurder ook het recht om de
verhuurder mee te delen dat deze gelden, met name de waarborg
vermeerderd met de gekapitaliseerde rente, door hem als huurgelden
zullen worden beschouwd. De huurder is dan verplicht om hetzelfde bedrag
op een geïndividualiseerde rekening op zijn naam te plaatsen.
§ 3.
Er mag niet beschikt worden over de bankrekening of de zakelijke
zekerheidstelling, noch in hoofdsom, noch in rente, noch over de
bankwaarborg, dan ten voordele van een van beide partijen, mits
voorleggen van ofwel een schriftelijk akkoord, dat ten vroegste
opgesteld wordt bij het beëindigen van de huurovereenkomst, ofwel van
een kopie van een rechterlijke beslissing. Die beslissing is uitvoerbaar
bij voorraad, niettegenstaande verzet of voorziening en zonder
borgstelling of kantonnement.
De rechtsvordering van de verhuurder
tot vrijgave van de huurwaarborg in zijn voordeel verjaart door verloop
van één jaar nadat de huurovereenkomst is beëindigd.
Borgr gaat aan de slag met de laatste mogelijkheid, namelijk de borgstelling en stelt zich, gedurende de looptijd van het huurcontract, borg voor haar gebruikers en dit ten belope van maximum 3 x de huurprijs.
Borgr pleit bovendien voor een minnelijke dialoog en oplossingen die worden gedragen door alle betrokken partijen.